Home / In de media / ‘Binnen minuut of vijf bloed je dood’

‘Binnen minuut of vijf bloed je dood’

Wat gebeurt er als je wordt neergestoken?

De meldingen van kinderen die elkaar te lijf gaan met messen of vuurwapens volgen elkaar in rap tempo op. Veteraan Johan Hoogendijk geeft op scholen les aan kinderen: wat kun je doen om elkaars leven in zo’n situatie te redden?


SUSANNE DE BRUIN (bron: Algemeen Dagblad Rotterdam woensdag 23 april 2025)


Twee leerlingen leren hoe ze een noodverband aanleggen. foto Johan Hoogendijk
Met een tas vol attributen arriveert Hoogendijk bij Park 1943 in Delfshaven. Daar leert hij jongeren wat ze het beste kunnen doen wanneer ze met messen, vuurwapens of explosies in aanraking komen. “Buiten trainen is lekker laagdrempelig, veel beter dan een steriel lokaal”, aldus de veteraan.

Hij spreidt zijn lesmateriaal uit. Een bloederige kunsthand, noodverband, knevels om een wond strak af te binden, een groot kapmes en ook wat kleine, handzamere mesjes. “Ik neem het allemaal mee zodat ze het rustig kunnen bekijken. Doordat ze het voor zich zien wordt het veel concreter. Dit kan je écht gebeuren.”

Zijn lessen lijken door de jaren heen alleen maar relevanter te worden: “Ik weet niet of er meer incidenten zijn, maar het lijkt er steeds heftiger en bloediger aan toe te gaan. Door games en series weten ze steeds beter hoe ze elkaar kunnen beschadigen”, merkt de veteraan. Een traumachirurg van het Erasmus Medisch Centrum vertelde vorige maand in het AD dat zij niet alleen steeds meer jonge mensen van onder 20 behandelen, maar ook dat de kinderen die worden binnengebracht steeds jonger worden.

Incidenten
Dat blijkt ook uit de afschuwelijke incidenten waardoor de regio Rotterdam de afgelopen maanden is opgeschrikt, waaronder een fatale steekpartij tussen twee 13-jarige klasgenoten en een jongen van 15 die werd belaagd door een groep van zo’n twintig man en daarbij zes keer werd gestoken in Schiedam. Daarnaast kwam in Rotterdam een kind van 11 om het leven nadat hij door een kogel werd getroffen.

Hoogendijk is jarenlang beroepsmilitair geweest, als onderofficier werd hij onder andere uitgezonden naar Bosnië. Tegenwoordig geeft hij naast zijn werk met jongeren trainingen Sociale Veiligheid bij Defensie. “Toen had ik al interesse in de medische kant. Ik blijf het zo bijzonder vinden dat wanneer je iemand op een cruciaal moment helpt, het hele leven daarna anders kan gaan. Het gebeurt in een split second, maar kan het verschil tussen leven of dood betekenen.”

Hoogendijk traint via zijn stichting Fynder jongeren op scholen en via wijkinitiatieven. De kinderen en jongeren die Hoogendijk traint zijn veelal tussen de 6 en 24 jaar, in de afgelopen jaren bezocht hij meer dan 30 scholen in de regio. “Ik kom op basis- en middelbare scholen, maar bijvoorbeeld ook bij hbo- en wo-opleidingen en buurtinitiatieven die jongeren op straat bereiken.”

Volgens Hoogendijk is het niet alleen belangrijk de jongeren praktische, medische skills aan te leren. “Als er gevaar dreigt, gebeurt er van alles in je hoofd. Hoe reageer je op stress? Daar zit eigenlijk het goud.” Hoogendijk geeft de jongeren mee op zo’n moment mentaal op de stopknop te drukken. “Tel tot tien, stap uit het moment. Ik leer jongeren ook tactisch adem te halen, diep en laag door hun buik. Dat is een techniek die ook in de zorg of bij Defensie wordt aangeleerd om rustig te blijven.”

Hoogendijk begint elke les met een voorstelrondje waarin hij vertelt waarom hij het zo belangrijk vindt zijn kennis te delen. ,,Ik ben er niet om hen de les te lezen, maar om skills aan te leren waarmee ze misschien wel iemands leven redden. Stel je voor dat je dat lukt, dat is toch onwijs gaaf?”

Ervaringen
Tijdens zijn lessen vraagt Hoogendijk ook naar hun ervaringen: “Soms vertellen leerlingen wel dat ze ook hebben gevochten of zelfs op dat moment met een mes lopen. Ik vraag altijd of ze het willen inleveren maar soms voel ik tijdens het oefenen van medische handelingen toch nog een mes zitten. Dan raak je voor even in een dilemma: je wil ze niet kwijtraken. Toch wordt het mes dan ingenomen, het gaat wel om een veiligheidsincident. Uiteindelijk hoop je ze vooral bewust te maken.”

Na de mentale oefeningen is het tijd voor de praktijk. Zo creëert Hoogendijk met een fles nepbloed en een stuk nep huid een ‘wond’ waar een mes in heeft gezeten en waar nu bloed uitloopt: “De leerlingen moeten dan zo snel mogelijk het bloeden stelpen door het bijvoorbeeld af te binden met een afgescheurd stuk T-shirt. Binnen 4 tot 5 minuten bloed je al dood!”

Daarnaast oefenen ze hoe ze 112 moeten bellen, hoe je een noodverband aanlegt of met een knevel een wond afbindt. ,,Uiteindelijk gaat het erom dat je bijvoorbeeld je arm of been omhoog houdt en er alles aan doet om het bloed binnen te houden.”

Dat komt ook naar voren in de laatste opdracht waarmee Hoogendijk zijn les steevast afsluit: ,,We spelen op het schoolplein of ergens buiten na dat iemand is geraakt en gered moet worden. Vaak is dat op scholen een leraar. Samen passen ze alles toe wat ze geleerd hebben en ondertussen houd ik de tijd bij.”

Na afloop krijgt Hoogendijk vaak enthousiaste reacties, toch is het moeilijk iedereen te bereiken: “Voor sommigen is het dragen van wapens zo normaal geworden, daar kom je bijna niet doorheen.”

Lastige groep
Gelukkig zijn er ook jongeren die als ambassadeur met de veteraan meegaan. Meestal zijn dit jongens die zelf hebben gevochten of iemand hebben gered. “Het is een lastige groep om te bereiken en te behouden. De ene dag willen ze de wereld redden, de volgende dag vinden ze het toch te spannend.” Ook voor dit interview had hij een jongere meegevraagd, die het uiteindelijk niet aandurft. Toch blijft Hoogendijk proberen zulke jongens te betrekken: “Juist de verhalen van leeftijdsgenoten maken de meeste indruk.”

Top